Prachtig & Krachtig
voor een persoonlijke kleuranalyse

Seizoen types

Het Lentetype
(goudkleurige en heldere uitstraling)


Het lentetype staat het mooiste in kleuren die
1) warm zijn
2) helder zijn
3) licht zijn

Huid: licht oranje of perzikkleurige pigmenten, vaak met sproeten
Haar: honing- of koperblond, licht tot midden bruin met gouden glans
Ogen: lichtblauw, warm groen, grijs, lichtbruin of amber in warme tinten


Het lentetype ziet er stralend uit in warme, heldere en lichte kleuren. Precies zoals de kleuren die je op een heldere lentedag ziet, wanneer de zon laag aan de horizon staat en alles een gouden gloed krijgt.

bij het lentetype liggen de huid, haar en oogkleur vaak niet al te ver uit elkaar. Zij hebben vaak een medium contrast in het uiterlijk. Het staat ze mooi om kleuren zacht in elkaar te laten overlopen, scherper overgangen (groot contrast) staat ze niet zo mooi.
Zeer donkere kleuren of koele gedempte kleuren zijn geen goed idee voor het lentetype. Koele kleuren maken dat het lentetype er moe en ouder uitziet. De donkere kleuren zijn veel te hard aan het gelaat.


Het zomertype
(koele en zachte uitstraling)


Het zomertype staat het mooiste in kleuren die

1) koel zijn
2) gedempt zijn
3) licht zijn


Huid: rozige pigmenten, zachtroze, beige, porselein

Haar: licht tot diep asblond, platina, asbruin of zachtgrijs
Ogen: meestal grijs, grijsblauw of blauwgroen


Het lentetype ziet er stralend uit in koele, gedempte en lichte kleuren. Gedempt wil zeggen dat er wit of grijs aan toegevoegd werd, ze zijn een beetje gebleekt door de zon, alsof ze teveel zonlicht hebben gehad.


Bij het zomertype liggen de huid, haar en oogkleur erg dicht bij elkaar. Ze hebben een laag tot mediumcontrast in het uiterlijk. Het staat ze mooi om dit contrast ook in de kledingcombinatie terug te laten komen (ton-sur-ton).


Warme kleuren zijn geen goed idee voor het zomertype. Ze maken de huid gelig en/of onrustig. Ook hele donkere en hele felle kleuren kunnen ze beter niet kiezen, ze zijn te aanwezig bij het zachte uiterlijk.


Het herfsttype

(goudkleurige en rijke uitstraling)
Het herfsttype staat het mooiste in kleuren die
1) warm zijn
2) gedempt zijn
3) donker zijn


Huid: oranje abrikooskleurige pigmenten, warm beige, ivoor, vaak sproeten

Haar: kastanjebruin, rood, goudblond, goudbruin, donkerbruin, koperrood
Ogen: meestal topaas, hazelnoot, warmgroen


Het herfsttype staat het mooist in warme, gedempte en donkere kleuren. De kleuren hebben een rijke, gouden (warme) toon. Net zoals een mooie zonnige herfstdag in het bos.


Bij het herfsttype liggen de huid, haar en oogkleur vaak ver uit elkaar. Herfsttypes hebben meestal vrij donker haar, vrij donkere ogen en een lichtere huid. Zij hebben een mediumcontrast maar dan wel in de donker tot donkere kleuren. Wanneer ze een lichtere kleur willen dragen dan moeten ze dit altijd combineren met iets donkerders.


Pastelkleuren zijn geen goed idee voor het herfsttype. De koele kleuren staan hun niet en maken ze bleek. Beter dragen ze zeker niet alleen maar lichte kleuren in dezelfde outfit. Ook dat maakt ze erg bleek. Ook felle kleuren (zeker vlak onder het gezicht) zijn niet erg geschikt voor een herfsttype.


Het wintertype
(heldere en koele uitstraling)
Het wintertype staat het mooiste in kleuren die
1) koel zijn
2) helder zijn
3) donker zijn


Huid: rozig en soms ook olijfkleurige pigmenten, ivoor of koel beige

Haar: zilver- zwartgrijs, donker bruin tot zwart
Ogen: meestal blauw, diepbruin of grijsbruin


Het wintertype ziet er stralend uit in koele, heldere en donkere kleuren. Dit heeft natuurlijk te maken met het feit dat de winter ook best een donker seizoen is. Maar gelukkig heeft de winter ook mooie, heldere en zonnige dagen. Het wintertype kan de donkere kleuren zeker afwisselen met heldere en felle kleuren.


Bij het wintertype liggen de huid, haar en oogkleur meestal ver uit elkaar. Zij hebben een hoog licht-donker contrast in het uiterlijk. Een kleurencombinatie van heel licht tot heel donker staat ze goed, als ze maar wel iets donkerders onder het gezicht dragen. Bijvoorbeeld een lichte blouse met een donker jasje of vest er over.

Warme kleuren zijn echt niet goed voor het wintertype. Ze zien er moe uit en de oneffenheden in het gelaat komen meer naar voor. Ook de pastelkleuren, doffe en fletse kleuren doen niet voor een wintertype.


Wanneer is een kleur koel en wanneer is een kleur warm?
Een kleur is koel als er blauw in het mengproces is. Een kleur is warm als er geel en/of rood of oranje in het mengproces zit.
Zo kan je bijvoorbeeld niet zeggen: “Ik sta niet met blauw!”. Iedereen staat met blauw, je moet gewoon jouw ideale tint vinden. Zo nemen koele types best het pure blauw. Warme types mengen blauw beter met geel voor een petroleum blauw of turkoois.


Welk seizoen type ben jij? 
Het laten bepalen van een kleurtype is een goed idee en zal ervoor zorgen dat je levenslang in de juiste kleuren en tinten gekleed gaat.
Sterker nog, de kleuren van je kleurenpalet zullen daardoor perfect met elkaar matchen. Zo kan je eindeloos combineren!